De Kortrijkse brouwer Omer Vander Ghinste wil de komende jaren het aandeel van de export naar het buitenland voor het bedrijf flink opdrijven. Daarom gaat hij 7,5 miljoen euro investeren in een nieuwe brouwzaal.
25 procent export
Momenteel is ongeveer 10% van de productie van de brouwerij Omer goed voor export, maar de komende jaren wil CEO Omer Jean Vander Ghinste dat opdrijven naar 25%. Daarbij kijkt hij vooral naar expansie voor het biermerk Omer.
Toch moeten ook de andere biermerken van de brouwerij bijdragen aan de groei in het buiteland: “We kunnen Omer moeilijk verder transporteren dan duizend kilometer, omdat we het enkel in flessen verkopen. Op vat zou de smaak te veel afwijken”, zegt Vander Ghinste aan De Tijd. Daarom werd vorig jaar het bier Tripel LeFort gelanceerd, dat wel in vaten kan worden verkocht en dus beter geëxporteerd kan worden.
Toch is het niet de bedoeling om de bieren over de hele wereld te exporteren. “Verre export is niet onze ambitie. We richten ons voornamelijk op Nederland en Frankrijk. We hopen zo duurzaam te groeien.”
Productie verdubbelen
Om die groei te ondersteunen komt er een nieuwe brouwzaal, die de productiecapaciteit verdubbelt tot 180.000 hectoliter en die goed is voor een investering van 7,5 miljoen euro. De nieuwe brouwzaal moet binnen een jaar afgerond zijn. Daarna volgen er ook nieuwe bottellijnen en een nieuw distributiecentrum.
Een verkoop van de brouwerij, die al 125 jaar in handen is van de familie Vander Ghinste, is voorlopig niet aan de orde. “We blijven onafhankelijk”, zegt Vander Ghinste. “We krijgen geregeld voorstellen van investeringsfondsen of van grote spelers uit de sector, maar we gaan er nooit op in.”