Als Lidl zijn Belgische supermarkten op zondag wil openen, moet het een premie van 200% betalen aan het personeel. CEO Marjolein Frederickx spreekt van “oneerlijke concurrentie” en vraagt de regering om maatregelen te nemen.
Ongelijk speelveld
Lidl is niet de eerste retailer die het ongelijke speelveld in de Belgische retailsector op het vlak van arbeidsvoorwaarden aanklaagt. Supermarkten die uitgebaat worden door zelfstandige ondernemers betalen lagere lonen en lagere premies. Daarnaast kunnen ze makkelijker studenten en flexwerkers inzetten. Winkels van Albert Heijn, Carrefour Market, Delhaize, Intermarché, Jumbo en Spar zijn nu bijna allemaal op zondag open.
Voor geïntegreerde ketens is dat echter niet rendabel: “We moeten het personeel zondag een premie van 200% betalen”, zegt Frederickx in een interview in De Tijd. “Er is sprake van oneerlijke concurrentie.” De winkels verzelfstandigen is geen optie, zegt ze: voor een discountketen is het essentieel dat processen en aanbod uniform zijn en centraal worden aangestuurd.
Stijgend marktaandeel
Eerder hebben ook Colruyt en Carrefour (voor de hypermarkten) die situatie al aangeklaagd, en nu doet ook Aldi het: “Wij zijn vragende partij om te kijken naar een hervorming van de paritaire comités van de handel”, zegt de discounter aan de krant. Omdat er hierover geen akkoord in zicht is tussen de supermarktketens en de vakbonden, kijken de betrokken ketens naar de politiek: “In het regeerakkoord staat dat de paritaire comités vereenvoudigd moeten worden. Ik ben ervan overtuigd dat die stappen worden gezet”, zegt Frederickx.
Ondanks de handicap op zondag blijft Lidl wel marktaandeel winnen: volgens cijfers van YouGov groeide het marktaandeel tussen 2017 en nu van 7,3 naar 9,2%. De retailer leed vorig boekjaar in België echter een bedrijfsverlies van 12 miljoen euro op een omzet van 3,2 miljard euro. Omzetgroei moet tot zwarte cijfers leiden: de discounter plant tachtig nieuwe supermarkten tegen 2038.


