Ministers geven JUTS hun zegen
De zeven tegenstanders waren in beroep gegaan bij het beroepscomité, dat uit vijf ministers bestaat: de federale bewindslui van Economie (Johan Vande Lanotte), Werk (Monica De Coninck), Middenstand (Sabine Laruelle) en Mobiliteit (Melchior Wathelet) en de Brusselse gewestminister van Economie (Benoît Cerexhe).
Ze reageerden daarmee op de automatische toekenning van de vergunning in eerste aanleg voor het 35.000 m² grote winkelcentrum, die er kwam omdat de stad Brussel niet binnen de drie maanden na de aanvraag door de promotoren een beslissing nam. Het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor de Distributie (NSECD) had nochtans een negatief advies gegeven. Het kantte zich tegen de inplanting, omdat het winkelcentrum wordt gerealiseerd buiten de klassieke winkelzones.
“Federale regering maakt grote fout”
Volgens Unizo heeft het toekomstige winkelproject een desastreuze impact op de mobiliteit rond de oude Godin-site aan de Van Praetbrug. Nu al staat het verkeer er geregeld stil. Bovendien ligt het in een zone die in het oorspronkelijke gewestelijke bestemmingsplan ingekleurd staat als een industriegebied en kmo-zone.
Dat de federale overheid in beroep niet naar deze argumenten wou luisteren, kan er bij Unizo niet in. “Door de socio-economische vergunning toch toe te kennen, maakt de federale regering dezelfde fout als de Vlaamse in het Uplace-dossier: ze vergunt zonder oog voor de meerwaarde van stadskernen en niet in lijn met een kernversterkende visie op detailhandel”, zegt de organisatie.
Nog volgens Unizo hebben dit en grote andere winkelprojecten in de periferie een kernverzwakkend karakter. Dat heeft volgens hen onder meer leegstand, verloedering, toenemende onveiligheid en het afbrokkelen van het sociaal contact tussen lokale bewoners tot gevolg.