In België wel groei
De daling van het verkochte aantal wagens is vooral het gevolg van tegenvallende verkopen op enkele grote automarken zoals Frankrijk (-11,2%), Italië (-10,3%) en Duitsland (-8,1%), zo blijkt uit cijfers van de Europese autofederatie Acea.
In Nederland bedroeg de terugval zelfs 36%, maar dat kwam grotendeels omdat er in de eerste helft van vorig jaar een heel sterke verkoop was. De consumenten anticipeerden toen op de invoering van strengere CO²-eisen op 1 juli 2012. Mede daardoor werden in de eerste zes maanden van 2013 maar 211.910 nieuwe auto’s verkocht.
Alleen in het economisch noodlijdende Cyprus was de terugval met 42,5% nog groter in het eerste semester. In juni bedroeg de terugval in Nederland zelfs 54%.
België ging daarentegen tegen de trend in met een gestegen autoverkoop. De verkopen trokken in de eerste jaarhelft met 1,7% aan tot 289.873. Al was dat een gevolg van de betere verkoop in de eerste vijf maanden. In juni werd een daling met 9,4% opgetekend.
Volkswagen heeft kwart van de markt
Opgedeeld per autoproducent bleef Volkswagen uitgesproken koploper met een marktaandeel van 24,8%. De verkoop van het concern liep in de eerste jaarhelft weliswaar met 3,4% terug, maar dat was minder erg dan de algemene terugval van de markt. Binnen de groep deed vooral Seat het goed: dit merk kon zijn verkopen met 10% optrekken.
Minder goed verging het de PSA Group (Peugeot, Citroën). Die kende in de eerste jaarhelft een terugval van zijn verkopen met ruim 13%, mede als gevolg van de moeilijke automarkt in thuisland Frankrijk. Het marktaandeel daalde daardoor tot 11,3%. Zowel Peugeot als Citroën hadden het lastig.
De Renault-groep deed het dan weer iets beter. De verkoop zakte hier slechts 4,5% in, waardoor het marktaandeel steeg naar 8,8%. De terugval bij het huismerk Renault kon immers deels worden gecompenseerd door winst bij dochterbedrijf Dacia. GM en Ford maken de top vijf van de constructeurs compleet.
